Paarden aan huis, maar hoe zit het met de vergunningen? Van Santvoort Advies legt uit

Er is een run op de huizenmarkt. Niet alleen in stedelijk gebied zijn de huizen niet aan te slepen, ook buiten wonen is in trek. In het buitengebied kan het zomaar zijn dat je interesse hebt in een huis met een zogenoemde ‘agrarische bestemming’. Maar zijn er mogelijkheden om op een agrarische bestemming te starten met een paardenbedrijf? En mag je op een agrarische bestemming ook privé paarden houden? We praten je helemaal bij in dit artikel.

 

Bedrijfsmatig versus hobbymatig

Ten eerste is het belangrijk om te beseffen dat er een verschil zit in bedrijfsmatig en hobbymatig paarden houden. Tot 7 paarden kun je paarden aan huis hobbymatig houden,  bij de (bedrijfs-)woning. Mocht je in de toekomst meer paarden willen houden dan is het wijzigingen van de bestemming waarschijnlijk nodig.

 

De agrarische bestemming

Een agrarische bestemming houdt in dat het object alleen gebruikt mag worden voor agrarische doeleinden. Het hoofdinkomen komt uit de agrarische bedrijfsvoering. Daarnaast  zijn er nog een aantal facetten om te bepalen wat de hoofdactiviteit is van een bepaald object. Van Santvoort Advies heeft veel ervaring in het juist opstellen van de omschrijving en kan ook altijd helpen als er twijfel is.

 

Gebruiks- of productiegericht?

We spreken over een paardenhouderij als er sprake is van fokken, africhten, trainen en verhandelen van paarden. De bestemming is gericht op ‘productie’. Een pensionstal valt daarom ook niet onder een agrarische paardenhouderij. Deze is namelijk ‘gebruiksgericht’ en valt daarom onder de gebruiksgerichte paardenhouderijen. Het heeft als kenmerk dat het publieks- en verkeer aantrekkend is. Ondanks dat de voorzieningen grotendeels gelijk zijn van beide bedrijven, is de benoeming toch anders.

 

 

Hypotheekverstrekker

Welke bestemming een huis of accommodatie heeft is belangrijk bij de aankoop. Want geldverstrekkers kunnen terughoudend zijn met het verstrekken van een hypotheek voor een boerderij met agrarische bestemming. In veel gevallen kan het aantrekkelijk zijn om de bestemming te wijzigen. Het kopen van de woning onder voorbehoud van de bestemmingswijziging is iets wat we vaker terug zien komen. Het team van Van Santvoort Advies gaat aan de slag om de bestemmingswijziging in gang te zetten. Er wordt een principeverzoek ingediend bij de gemeente. Als er door de gemeente medewerking wordt verleend aan het principeverzoek, is dit voldoende voor de hypotheekverstrekker. Je hoeft niet te wachten op de definitieve bestemmingswijziging. We krijgen vaak de vraag wat de kosten zijn voor een bestemmingswijzigingen. Je moet ongeveer rekenen op 10.000 tot 15.000 euro.

 

Uitzonderingen

De uitzondering is de bevestiging van de regel. En dat geldt ook zeker als het gaat om bestemmingswijzigingen. Er zijn gemeentes die het agrarisch karakter van een gebied graag intact houden. Dat kan ervoor zorgen dat medewerking aan herbestemming wel of juist niet verleend wordt. Staat een pand met een agrarische bestemming lang te koop dan is een gemeente eerder bereid om mee te werken en zo de verkoopbaarheid te bevorderen. Over het algemeen zijn er altijd veel uitzonderingen omdat iedere gemeente zelf beleid maakt. Het is dus per gemeente afhankelijk hoe er gekeken wordt naar een bestemmingswijziging.

 

Andere artikelen van Van Santvoort Advies:

 

 

 

De juiste vergunningen voor Dressuurstal Stijn Bruisten

In 2019 kochten Stijn Bruisten en Gijs van Vugt een prachtige boerderij in De Rips. Stijn huurde daarvoor altijd stallen maar wilde graag een eigen stal. De locatie in De Rips was geen liefde op het eerste gezicht, maar na even twijfelen gingen ze toch kijken samen met verkopend makelaar Dirk van Santvoort, van Van Santvoort Makelaars.

 

Niet de juiste bestemming

Stijn zag mogelijkheden in de boerderij met stallen en deed alvast navraag over de bestemming bij de gemeente. Daar bleek dat de bestemming van de boerderij geen paardenhouderij was maar een agrarische bestemming had. En op een agrarische bestemming was geen handel- en sportstal mogelijk zoals Stijn voor ogen had. Stijn: ‘’Dat was even slikken maar we hebben de gok gewaagd en we kochten de stal. Inmiddels wisten we wel van de gemeente dat een stoeterij waar je fokt en je eigen fokproducten opleidt mogelijk was op de locatie. Maar dat is niet wat ik wilde doen. We fokken ieder jaar één veulentje, dat is een bijzaak en absoluut geen hoofdzaak. ‘’

 

Herbestemmen

‘’We zijn het traject aangegaan om te gaan herbestemmen en zo de juiste bestemming op de locatie te krijgen. Dat is een behoorlijk ingewikkeld proces. Van Santvoort Advies heeft dit helemaal voor ons geregeld, want voor een ‘leek’ is dit niet te realiseren. Het opstellen van de aanvraag, contact met de gemeente.. Alles werd bij Van Santvoort Advies gedaan. Onze aanvraag bleek geen doorsnee-aanvraag te zijn. Er kwam veel extra’s bij kijken. De gemeente wilde wel meewerken maar alles moest volgens protocol verlopen. En dat kost tijd. We hebben veel overleg met de gemeente gehad,’’ vervolgt Stijn zijn verhaal. Uiteindelijk heeft de locatie de nieuwe bestemming ‘agrarisch verwant’ gekregen.

 

Voordat Stijn überhaupt aan de slag kon moest er behoorlijk wat gebeuren. Gelukkig gaf de gemeente daarvoor wel meteen groen licht. ‘’Zolang wij het traject van herbestemmen in zouden gaan dan mochten wij al wel het een en ander doen. In die tijd hebben we de stallen geplaatst, is de buitenbaan vernieuwd en konden de paarden verhuisd worden naar de nieuwe locatie.

 

 

Droog de winter in

Er lag bij aankoop ook al een vergunning voor het bouwen van een rijhal en het was een grote wens om deze te bouwen. Toch liep ook dit minder makkelijk dan verwacht. ‘’Omdat de bestemming gewijzigd was moest ook de bouwvergunning aangepast worden. Net als bij het wijzigen van het bestemmingsplan konden wij dit ook niet zelf en heeft van Santvoort Advies een grote rol in gespeeld. ‘’Gelukkig werd de vergunning niet ingetrokken, maar waren er wel aanpassingen nodig. Daarbovenop wilden wij ook nog aanpassingen op de originele tekening. De bak moest 5 meter smaller worden. Wij hadden niet gedacht dat verkleinen een probleem was, maar ook hiervoor waren nieuwe tekeningen nodig.  Uiteindelijk kregen we ook groen licht voor de rijhal: een hele opluchting!’’

 

Inmiddels staat de rijhal en ondanks dat deze nog ingericht moet worden is dit al een hele mijlpijl. ‘’We zijn heel blij dat de hal staat, na de bouwvak gaan we aan de slag met de inrichting en dan kunnen we deze winter heerlijk droog rijden.’’

 

Twee jaar na aankoop is het project nog niet helemaal af, maar is Stijn wel vol in bedrijf; “ We zeggen nog vaak tegen elkaar dat we dit precies op het juiste moment hebben gekocht. Voordat de koopgekte begon hadden wij een mooie boerderij. Nu kunnen we ook zeggen dat alles nog steeds goed gekomen is, we hebben alles zo kunnen maken als dat we zelf graag wilden. Natuurlijk hebben we wat vertraging opgelopen maar ik denk dat je zulke dingen altijd meemaakt als je een project als dat van ons aanschaft.

(Hippisch) ondernemen met het oog op de toekomst

Ondernemen met het oog op de toekomst. Natuurlijk kijk je als (hippisch) ondernemer altijd vooruit en ben je voorbereid op de toekomst. Benieuwd wat de toekomst is van ruimtelijke ordening? Lees dan de nieuwste blog van Van Santvoort Advies!

 

Paardenhouderij

Het begrip ‘paardenhouderij’ kent allerlei verschijningsvormen. Er zijn maar een beperkt aantal paardenbedrijven die volledig agrarisch zijn. Denk bijvoorbeeld aan bedrijven waar paarden worden opgefokt, een hengstenhouderij of een paardenmelkerij. In de hippische sector zijn er juist veel meer bedrijven die geen zuiver agrarisch karakter hebben. Denk aan trainingstallen, handelsstallen en pensionstallen. Dan de derde optie, een mix, komt misschien nog wel het meeste voor. Bijvoorbeeld een trainingsstal die ook opfok heeft. Het is geen zuivere agrarische bestemming, maar eerder een verruiming van de agrarische bestemming. Ondernemen met het oog op de toekomst betekend ook vooral goed weten hoe de regelgeving in elkaar zit. Wil je in de toekomst gaan starten, vergroten of verbouwen. Check eerst of je plannen passen binnen het bestemmingsplan! Een geschikte locatie om een paardenbedrijf te runnen is het ideale uitgangspunt.

 

Wees altijd alert op veranderingen in het bestemmingsplan en als er een nieuw bestemmingsplan wordt vastgesteld controleer deze dan goed.

 

Stallen, welk formaat is goed?

Afhankelijk van het doel van het hippische bedrijf heb je huisvesting voor de paarden nodig. Sinds 1 januari 2017 wordt het gebruik van stands voor alle FNRS-leden verboden en verder zijn er een aantal richtlijnen waar je je aan kunt houden.

In de Gids Goede Praktijken staan richtlijnen voor de box oppervlakte. De boxoppervlakte voor individuele huisvesting is minimaal (2 x stokmaat) in het kwadraat voor pony’s kleiner dan 1,56 meter. De boxoppervlakte is minimaal 10 m2 voor paarden groter dan 1,56 meter. Per 1 januari 2012 is deze maat als standaard genomen bij toetsing van aanvragen voor nieuw- en verbouw van stallen. Er geldt een overgangsperiode van 15 jaar voor bestaande stallen om per 1 januari 2027 box maten aangepast te hebben. De oppervlakte van de box voor hoogdrachtige merries tijdens het veulenen en voor een merrie met een veulen is minimaal 12 m2 tenzij er minimaal 8 uur weidegang per dag wordt toegepast.

In dezelfde Gids Goede Praktijken staat ook dat paarden minimaal 2,5 uur beweging buiten de box moeten krijgen. Ondanks dat hier nog geen wettelijke verplichtingen voor zijn gemaakt, is het wel goed om je bewust te zijn van deze richtlijnen. Ook zijn er richtlijnen voor licht, ventilatie en luchtvochtigheid. Op deze pagina kun je de hele Gids nalezen.

 

Milieuvergunning en Wet natuurbescherming

Als je paarden gaat houden op grote schaal, en dat is boven de 100 paarden, dan is een milieuvergunning verplicht. Tussen de 50 en 100 paarden heb je een meldingsplicht die je aanvraagt als verguning. Dit heet een beperkte milieutoets. Tot 50 paarden, exclusief opfok, heb je een meldingsplicht. Een milieuvergunning wordt in principe altijd goedgekeurd als je voldoende stikstofrechten hebt. Die stikstofrechten zijn ook weer belangrijk, dat bepaalt namelijk het aantal paarden dat je mag houden. Weet je dat als je in de toekomst nog ooit meer paarden wil gaan houden het altijd verstandig is om stikstof te behouden of indien mogelijk, meteen aan te kopen.

Als je activiteiten wil ondernemen in de buurt van een beschermd natuurmonument en/of een Natura 2000-gebied, kan het zijn dat je een vergunning Natuurbeschermingswet moet aanvragen. Benieuwd of je een Wet natuurbescherming nodig hebt? Het Team van Van Santvoort Advies helpt graag om dit uit te zoeken.

 

 

We gaan groter!

Je bent gestart met een prachtige accommodatie maar je wil misschien in de toekomst nog uitbreiden? Dan is het belangrijk dat je binnen je bouwvlak blijft. Dat je een mooie ruimte hebt op je locatie voor een (grotere) buitenbaan of extra betekend niet meteen dat deze in het bouwblok ligt. Op de website www.ruimtelijkeplannen.nl kun je eenvoudig zien of de geplande uitbreiding in het bouwblok ligt.

 

Trends in paardenhouden

Dierwelzijn hebben we hoog in het vaandel staan. Niet alleen jij als ondernemer bent er dagelijks mee bezig, ook in de publiciteit komt er steeds meer aandacht voor dierwelzijn. Om aan de buiten wereld te laten zien dat paardenwelzijn een van de hoogste prioriteiten is, is Keurmerk Paard en Welzijn opgericht. Met een keurmerk onderscheid je je als ondernemer van andere hippische bedrijven. Je laat zien dat je bedrijf voldoet aan de hoogste dierwelzijnsnormen. Meer informatie over Keurmerk Paard en Welzijn kun je hier vinden.

Je hebt vast ook wel eens gehoord van paddock paradise; een natuurlijke manier van huisvesting.  Een dergelijke manier van paarden houden moet passen in de omgeving. Hiervoor krijg je te maken met landschappelijke inpassing. Het maken van walletjes, waterpartijen en het poten van bomen kunnen allemaal een positief effect hebben op de omgeving. Neem dit zeker mee in de aanvraag van een vergunning!

 

Duurzaam = de toekomst

Dat duurzaam belangrijk is, is geen nieuws. Sterker nog, bij (nieuw)bouw heb je een streepje voor als je plannen duurzaam zijn. Maar het is een breed begrip, in het kort houd je bij duurzaam bouwen en verbouwen rekening met de effecten op het milieu. Met oog voor biodiversiteit, gebruik van natuurlijke materialen of zelfs hergebruik van materialen én levensloopbestendig. Met deze zaken toon je aan dat je over de toekomst nadenkt. Ook het plaatsen van zonnepanelen hoort bij duurzame oplossingen voor jouw hippische onderneming.

 

Heb je plannen om te starten met een hippische onderneming, uit te breiden of te verbouwen? Het team van Van Santvoort Advies helpt je graag op weg met de nieuwste regelgeving en vergunningen.

 

 

Vergunningscheck, is alles op orde? Gratis QuickScan!

Eens even goed in de vergunningen duiken, het klinkt saai maar wel echt noodzakelijk!

 

De gemeente voert met grote regelmaat controles uit en daarbij wordt de regelgeving steeds strenger. Het is daarom steeds belangrijker om alle vergunningen op orde te hebben om zo je bedrijfsvoering niet in gevaar te brengen. Van Santvoort Advies helpt graag met een vergunningscheck. Wij checken gratis onderstaande vragen voor jouw onderneming en nemen daarna met een telefonische afspraak graag de uitkomsten door.

 

Check 1: Passen mijn activiteiten binnen het bestemmingsplan?

Het bestemmingsplan is het juridische document waarin omschreven staat hoe een perceel bebouwd en gebruikt mag worden. Het bestemmingsplan per gemeente is gemakkelijk online in te zien via www.ruimtelijkeplannen.nl. Binnen de paardenhouderij wordt in het bestemmingsplan vaak een onderscheidt gemaakt tussen productiegerichte en gebruiksgerichte paardenhouderijen. Productiegericht heeft een agrarische bestemming en is het fokken, africhten, trainen en verhandelen van paarden. Een gebruiksgerichte paardenhouderij valt onder een bedrijfsbestemming en betreft onder andere een pensionstalling. Ook nevenactiviteiten moeten in het bestemmingsplan passen.

 

Check 2: Liggen al mijn voorzieningen binnen het bouwvlak?

Het komt vaak genoeg voor dat een buitenrijbak niet binnen het bouwvlak ligt. Dit is meestal wel verplicht. Mocht de gemeente een controle uitvoeren dan kan gehandhaafd worden, met verplaatsing of verwijdering tot gevolg. Vaak is het wel mogelijk om de voorzieningen te legaliseren en hiermee te voldoen aan de regelgeving.

 

Check 3: Is mijn milieumelding of milieuvergunning nog actueel?

Als ondernemer in de paardensector weet u dat u te maken heeft met een milieumelding of vergunning. Waarschijnlijk is deze al in het bezit, maar kloppen de aantallen nog? En komt de bedrijfssituatie nog overeen met de milieutekening? Bij het houden van maximaal 50 paarden is een melding voldoende.

 

Check 4: Heb ik een vergunning Wet Natuurbescherming of heb ik deze nodig?

De laatste jaren zijn er door de Raad van State verschillende uitspraken gedaan in het kader van de Wet natuurbescherming. Hierdoor is duidelijk geworden dat wanneer een ondernemer al een lange tijd paarden houdt, de uitstoot van die paarden waarschijnlijk als referentiesituatie kan gelden.  Is dit niet het geval, dan moet er een berekening gemaakt worden om te bepalen of uw bedrijf stikstofdepositie veroorzaakt op een Natura 2000-gebied. Dit kan gedaan worden door middel van de AERIUS Calculator. Hiermee kan de uitstoot van stikstof en de neerslag daarvan op Natura 2000-gebieden worden berekend. Wanneer uw bedrijf depositie veroorzaakt op een Natura 2000-gebied, zal u extern moeten salderen om een vergunning in het kader van de Wet natuurbescherming te kunnen verkrijgen.

 

Check 5: Is het mogelijk om grooms te huisvesten op mijn bedrijf?

Een groom is onmisbaar op menig sportstal. Een groomverblijf bouwen? Dat mag meestal niet direct, maar mogelijk wel met een simpele vergunning. Een groomverblijf moet niet verward worden met een tweede bedrijfswoning. Eén bedrijfswoning bij een (agrarisch) bedrijf is vaak toegestaan, voor een tweede bedrijfswoning kom je nauwelijks in aanmerking. Het beleid van gemeenten en provincies is er opgericht het aantal woningen in het buitengebied niet significant te laten groeien. Belangrijk is om aan te tonen dat het niet om een tweede bedrijfswoning gaat maar om tijdelijk verblijf van medewerkers. Hierover is een groot verschil in benadering tussen provincies en gemeenten. Bij gemeente met veel paardenbedrijven wordt het steeds makkelijker om hiervoor een vergunning te krijgen. Zij het wel vaak voor tijdelijke huisvesting. Long stay huisvesting is nog niet altijd mogelijk.  Het is maatwerk, maar zeker de moeite waard om je daarin te verdiepen zodat al deze zaken goed geregeld zijn op je bedrijf.

 

Gratis QuickScan

Wil je gebruik maken van deze gratis QuickScan? Neem dan hier contact op met van Santvoort Advies! Vermeld in je e-mail QuickScan Paard en Bedrijf en we zorgen voor een snelle terugkoppeling.

 

 

Het zonnedak van: Familie Meiberg

Een aantal jaren spookte het idee van zonnepanelen op het staldak door het hoofd van André Meiberg en zijn vrouw Paulien. Maar na regelmatig benaderd te zijn geweest door diverse partijen voor zonne-energie (waarbij het contact doodbloedde) en een afspraken die niet nagekomen werden, verloor André het vertrouwen in het idee. Maar vorig jaar vond André echter kwam er toch weer een kans voorbij die hij met beide handen aanpakte. Hij ontwikkelde met een partij waarin hij wel vertrouwen had, GroenLeven, zijn gewilde zonnedak. “Mijn vrouw en ik zijn altijd al gefascineerd geweest door zonne-energie, en wat hebben we nu een lol van de investering. Het is geweldig om een eigen energiecentrale te hebben!”, zegt André.

 

Al 30 jaar timmeren André en Paulien Meiberg al hard aan de ondernemersweg. Door de jaren heen is het varkensbedrijf van het paar geëvolueerd tot een succesvol bedrijf. “We kregen het voor elkaar om een stal te bouwen, hebben grond bijgekocht en breidden zo gestaag uit. Wat was nu de volgende stap die we konden nemen, die écht rendement oplevert? Zonne-energie.” Vreemd genoeg vond André niet het enthousiasme wat hij zelf heeft terug bij sommige zonne-energiepartijen. “Ik vond dat mensen er niet veel mee deden, daar was ik erg verbaasd over. Regelmatig kreeg ik mensen aan de deur die met ons in zee wilden voor een zonnedak, om vervolgens nooit meer van ze te horen. En kwam het tot een offerte, dan bleek de partij de afspraken vanaf het begin af aan niet na te komen. Jammer.”

 

En na een periode van teleurstellingen was André het vertrouwen verloren. Tot Agrifirm, de organisatie waar de veehouder bij aangesloten is, in de lucht kwam met een programma die zij in samenwerking met GroenLeven waren opgestart: AgrifirmZon. Met AgrifirmZon helpt Agrifirm haar ondernemers aan een duurzame oplossing zonder te investeren. De dakhuuroplossing van GroenLeven staat centraal. De ondernemer verhuurt zijn of haar dak en ontvangt van GroenLeven daarvoor een aantrekkelijke huurvergoeding per paneel.

 

“We hebben binnen dit project een inventarisatie gedaan, wat in de eerste instantie heel erg positief leek. Toch nam GroenLeven het zekere voor het onzekere: geen enkele dakconstructie op mijn terrein zou geschikt genoeg zijn. Toen was het écht tijd om het idee even te laten rusten,” zegt André. Maar opgeven deed André niet. Na contact met de stalbouwer kwam er een extra constructierapport op tafel te liggen, waaruit bleek dat de meeste stallen alsnog ingezet konden worden voor 880 zonnepanelen.

 

GroenLeven heeft er echt verstand van en doen wat ze zeggen. Het zijn niet de standaard ‘zonne-energieverkopers

 

En als het dan losgaat, dan gaat het ook goed los. “Na de offerte begonnen de mannen en vrouwen van GroenLeven in januari 2020 met de bouw van onze eigen zonne-energiecentrale. En ik heb daar geen enkel verkeerd woord over: wat is er een ontzettend goed stuk werk geleverd, iedereen was vriendelijk en behulpzaam en ons systeem is zo netjes afgewerkt.” André is niet de eerste of enige in zijn omgeving met zonnepanelen op zijn dak, maar het verschil in kwaliteit merkt hij duidelijk op. “Andere systemen in de buurt zijn veel minder netjes afgewerkt. GroenLeven heeft er echt verstand van en doen wat ze zeggen. Het zijn niet de standaard ‘zonne-energieverkopers’.”

 

In het proces is André er wel achter gekomen hoe moeilijk het is om het kaf van het koren te scheiden als het gaat om zonne-energiepartijen. “Maar Agrifirm ging met GroenLeven in zee, dus ik vertrouwde erop dat het goed was. Ik hoor in mijn omgeving dat het in het verleden bij GroenLeven soms wel wat lang duurde. En dan vroeg ik: is het goed gekomen? Het antwoord was altijd ‘ja’, dus wat is dan het probleem? Secuur werken betekent gewoon kwaliteit, ook al gaat er in de regel wat meer tijd overheen.”

 

 

Inmiddels is het systeem van André en Paulien al een bijna jaar in gebruik. “Ik ben 53 jaar en heb geen opvolger voor het bedrijf. Uitbreiding had ook geen zin voor de lange termijn, want gaat het rendement ervan omhoog? Met zonnepanelen is rendement een gegeven, en ik heb er nog eens geen arbeid van ook. Ik ben dan ook heel erg benieuwd hoe de opbrengst blijkt te zijn als het jaar verstreken is in mei. ”

 

André hoopt dat meer ondernemers, agrarisch maar ook zeker industrieel, na zullen gaan denken aan een zonnedak. “Want de daken, die zijn heel erg belangrijk voor de energietransitie. Daar energie opwekken waar het nodig is. Ik denk dat we als Nederland een voorbeeldfunctie hebben voor de wereld, maar wel in een land dat best vol is. Al het mogelijke dakoppervlak benutten is daarom mijns inziens nuttig. En zonneparken op land? Ja, voor mij liever niet, maar ik snap het wel. We moeten er in ieder geval erg zorgvuldig mee omgaan met bijvoorbeeld dubbelfuncties.”

 

Wat is er volgens André nog meer nodig om de energietransitie tot een succes te brengen? “Ik zie veel toekomst in opslagmogelijkheden, ook voor onszelf. Ik denk echter niet snel aan een lithiumbatterij; als je weet waar de materialen vandaan komen voor zo’n accu, moet je je afvragen of het wel zo duurzaam is. Waterstof, daar zie ik echt wel toekomst in. Maar hoe dan ook, de technieken zullen steeds beter worden. En als er dan een heel goede methode is ontwikkeld voor opslag, zal ik de eerste zijn; dat is een goede volgende stap voor de verduurzaming van ons bedrijf!”

 

Tekst en headerafbeelding: GroenLeven

 

 

Meer artikelen van GroenLeven:

 

Goed voorbereid naar de gemeente

Stel je wilt een buitenbaan aanleggen, een stal (bij)bouwen of een erfafscheiding plaatsen. In de meeste gevallen heb je een vergunning nodig om dit te realiseren. Maar hoe zorg je voor een grote slagingskans? Kortom hoe krijg je de vergunning die je nodig hebt?

 

Omgevingsscan

Op de website van iedere gemeente vindt je bestemmingsplannen. Een bestemmingsplan geeft aan hoe de grond gebruikt mag worden en wat op de grond gebouwd mag worden. Dit is een juridisch bindend stuk dat geldt voor burgers, bedrijven én voor de gemeente zelf. Het geeft al veel informatie over de haalbaarheid van je plannen. Ook kun je zien wat het bouwblok is van jouw accommodatie. Valt je nieuw te leggen rijbaan binnen het bouwblok, dan is het vaak direct toegestaan om deze aan te leggen.

Als je een goed idee hebt maar je weet niet of het haalbaar is op je huidige locatie dan kan een omgevingsscan een goed idee zijn. Van Santvoort Advies maakt een omgevingsscan waarbij we onderzoeken wat de planologische, milieukundige en beleidsmatige kaders zijn van het nieuwe idee. Het geeft een goed inzicht in de mogelijkheden en de punten die mogelijk kritisch zijn.

 

 

Principeverzoek

In de praktijk maken de adviseurs van Van Santvoort Advies vaak mee dat er een principeverzoek ingediend moet worden. Dit verzoek is bedoeld om af te tasten hoe de gemeente in het nieuwe idee of ruimtelijke plan staat. Het geeft een goede inschatting van de uitkomst van de daadwerkelijke vergunningsaanvraag. We maken ook vaak mee dat potentiele kopers van een woning een principeverzoek indienen bij de gemeente. Na het indienen houden we contact met de gemeente over de status van het verzoek.  Reageert de gemeente positief dan is het voor de bank ook het startsein om de financiering te verlenen. Belangrijk om te weten is dat omwonenden geen bezwaar of beroep in kunnen dienen tegen het principebesluit van de gemeente. Dat kan pas bij de vergunningsaanvraag. Wel is een principebesluit op verzoek openbaar.

 

Wat kun je doen als je het niet eens bent met de beslissing van de gemeente?

Als je het niet eens bent met een beslissing van de gemeente dan kun je bezwaar maken. Meestal moet dit binnen zes weken na het bekend maken van de beslissing. Hierna moet de gemeente de beslissing opnieuw bezien en toelichten. Als je het daarna nog niet eens bent met de beslissing dan kun je naar een bestuursrechter.

 

Zienswijze

Ben je het niet eens met een nieuw bestemmingsplan van de gemeente, dan kun je ook bezwaar maken. Dat gaat via een zienswijze. Met een zienswijze geef je je mening over een voorgenomen besluit of plan van de gemeente. De punten waarom iemand het wel of niet eens is met een voorgenomen besluit kan de gemeente meenemen in het definitieve besluit. De zienswijze wordt schriftelijk ingediend te worden. Ook dit is dagelijkse kost voor het team van Van Santvoort Advies.

 

Benieuwd wat van Santvoort Advies voor jou kan betekenen? Neem contact met ons op!

 

 

Andere artikelen van Van Santvoort Advies:

 

 

 

 

Ik wil een nieuwe buitenbaan aanleggen, heb ik daar een vergunning voor nodig?

Met het mooie weer op komst is buiten rijden ineens veel aantrekkelijker dan in de koude wintermaanden. Bij van Santvoort Advies krijgen we dan ook vaak de vraag of een buitenbak aangelegd mag worden en of daar een vergunning voor nodig is. We leggen je de regelgeving graag uit!

 

Bestemmingsplan

De regels over het wel of niet mogen aanleggen van een buitenbak vind je terug in het bestemmingsplan. Als de rijbaan binnen het bouwblok of de woonbestemming komt te liggen is het vaak direct toegestaan. Maar in veel gevallen geldt hier ook weer, de uitzondering bevestigt de regel. Ga je bijvoorbeeld grond afgraven en moet je grond afvoeren? Dan is een bodemonderzoek mogelijk. Ook is het mogelijk dat er een archeologisch onderzoek verricht moet worden. Dat is afhankelijk van hoe diep er gegraven gaat worden. Regels over archeologisch onderzoek vind je ook terug in het bestemmingsplan. Een vergunning kan dan toch als verplichting gesteld worden.

 

Bouwblok

Dat je een mooie ruimte hebt op je locatie voor een buitenbaan betekend niet meteen dat deze in het bouwblok ligt. Op de website www.ruimtelijkeplannen.nl kun je eenvoudig zien of de geplande buitenbaan in het bouwblok ligt. Het is niet altijd toegestaan om buiten het bouwblok of de woonbestemming een rijbaan aan te leggen. Als er wel mogelijkheden zijn dan heb je altijd een vergunning nodig.

 

 

Voorwaarden

Gemeenten stellen voorwaarden voor het aanleggen van een buitenbaan. Welke voorwaarden van toepassing zijn verschilt per gemeente. Het gaat onder andere over de manier waarop de baan wordt aangelegd, de omheining, de bodemopbouw, de grootte, de verlichting, de landschappelijke inpassing en de ligging. Alle voorwaarden vind je in het bestemmingsplan. Een buitenrijbaan bestaat uit een bodem en een omheining. De gemeente ziet beide anders, de bodem is ‘werk’ en de omheining is ‘bouwwerk’. Het kan dus zo maar zijn dat je voor de bodem wel een vergunning krijgt en voor de omheining niet.

 

Voor wie is de rijbaan?

Door het bestuderen van het bestemmingsplan kun je al veel voorwerk doen en heb je snel informatie of je wel of geen vergunning nodig hebt voor de aanleg van je nieuwe rijbaan. Houdt er daarnaast rekening mee dat er vaak verschil wordt gemaakt tussen een baan voor hobbymatig gebruik of eentje voor een professioneel paardenbedrijf. Ook deze regelgeving verschilt per gemeente. Zo wordt er voor hobbymatig gebruik vaak slechts één buitenbaan toegestaan per locatie en kunnen professionals binnen het bouwblok meerdere rijbanen aanleggen. In beide gevallen geldt er buiten een bouwvlak een vergunningsplicht, maar in veel gevallen is voor een rijbaan binnen een woonbestemming ook een vergunning nodig. Het is voor zowel hobbyruiters als professionals niet toegestaan om in een bos- of natuurgebied een rijbaan aan te leggen.

 

Tot slot is het ook belangrijk dat de rijbaan ‘opgaat’ in de omgeving. Mooi landelijk hekwerk dat past in het landschap is aan te raden. Iedere gemeente stelt ook regels voor de hoogte van het hekwerk en het gebruik van verlichting. Handig om dat even op te zoeken voordat je hiervoor materialen gaat bestellen.

 

Wil je een rijbaan aanleggen maar weet je niet wat de mogelijkheden zijn binnen jouw gemeente? Van Santvoort Advies helpt je graag verder! Meer informatie?
Bel 0492-525552 of mail naar advies@vansantvoort.nl

 

 

 

Op zoek naar de juiste paardenbodem?

 

Ontwikkeling in vergunningsplicht Wet Natuurbescherming

De vergunning Wet natuurbescherming: noodzakelijk voor bedrijven die stikstof produceren met een effect op een Natura 2000-gebied. Recentelijk deed de Raad van State uitspraak en blijkt dat er bij intern salderen geen vergunningsplicht is. Van Santvoort Advies praat u bij over de laatste stand van zaken rondom de regelgeving.

 

Stikstofcrisis
Stakende agrariërs, crisisoverleg in de Tweede Kamer en het instellen van noodmaatregelen. De stikstofcrisis was het gesprek van de dag eind 2019. Eerder in 2019 zette de Raad van State een streep door het vier jaar oude Programma Aanpak Stikstof (PAS). De stikstofuitstoot moet omlaag en daarmee zijn er strenge maatregelen ingezet voor onder andere de bouw- en agrarische sector.

 

Natura 2000-gebieden
Niet alleen voor landbouwhuisdieren maar ook voor paarden zijn ammoniakemissiefactoren vastgesteld. Op het moment dat de stikstofuitstoot van de paarden een negatief effect heeft op een Natura 2000-gebied is er een vergunning vereist. Nederland kent maar liefst 161 Natura 2000-gebieden. Deze districten zijn een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. De aanwezigheid van een Natura 2000-gebied heeft invloed op ruimtelijke ordering maar zeker ook op het gebruik ten behoeve van landbouw en industrie.

 

Natura 2000 gebieden in Nederland

Uit stikstofmetingen die door het RIVM zijn uitgevoerd blijkt dat in deze natuurgebieden sprake is van een overschot aan stikstof, waarbij de agrarische sector zorgt voor de grootste bron. Bij het bedrijfsmatig houden van dieren in de omgeving van een Natura 2000-gebied is er daarom bijna altijd een vergunning van de Wet Natuurbescherming verplicht. Hoe groot of hoe klein het effect op het Naturea 2000-gebied ook is. Belangrijk om te weten is dat een vergunning Wet Natuurbescherming niet hetzelfde is als een milieuvergunning of een melding Activiteitenbesluit. Door de veranderde wetgeving is de Wet Natuurbescherming actueel geworden, maar het speelt eigenlijk al veel langer bij de hippische ondernemers.

 

AURIUS Calculator
Om te bepalen of een vergunning wel of niet nodig is moet berekend worden of en hoeveel stikstofdepositie een bedrijf veroorzaakt op een Natura 2000-gebied. Dit kan gedaan worden doormiddel van de AERIUS Calculator. Hiermee kan op basis van de stikstofuitstoot van een bedrijf bepaald worden hoeveel daarvan neer slaat op Natura 2000-gebieden.

 

Geen vergunningplicht
Dat er vanuit een bedrijf stikstof neerslaat op Natura 2000-gebieden hoeft niet automatisch te betekenen dat er een vergunning in het kader van de Wet natuurbescherming nodig is. Naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State van 20 januari 2021 blijkt dat bij intern salderen geen vergunningplicht voor de Wet Natuurbescherming geldt. Bij intern salderen leidt de wijziging of uitbreiding van de activiteit niet tot een toename in stikstofdepositie ten opzichte van de referentiesituatie. Daarom kunnen significante gevolgen worden uitgesloten en is er geen natuurvergunning meer nodig.  Op het moment dat een ondernemer al een lange tijd paarden houdt, kan de uitstoot van die paarden als referentiesituatie gelden. De referentiesituatie is de laagst vergunde situatie ten tijde van de relevante referentiedatum van een Natura 2000 – gebied. Ieder natuurgebied heeft een andere referentiedatum maar over het algemeen is dit in de periode van 1994 tot 2004.

 

 

Extern salderen

Als een ondernemer op dit moment meer paarden houdt dan het aantal op de referentiedatum én er is daarmee sprake van een toename in stikstofdeposititie op het Natura 2000 – gebied dan moet er stikstof (ammoniakrechten) voor de onderneming verkregen worden. Dit kan via externe saldering. Hiermee draagt een bedrijf dat (deels) stopt stikstofrechten over aan een andere onderneming. Om dit vast te leggen moet er een aanvraag ingediend worden voor de Wet Natuurbescherming. De overheid heeft voornemens gehad om het extern salderen bij veehouderijen in te voeren op 1 februari 2020.  Een van de gevreesde gevolgen hiervan zou kunnen zijn dat in rap tempo agrarische bedrijven worden weggekocht wat daarmee weer grote gevolgen heeft voor het platteland. Daarnaast zou het voor de landbouw ook mogelijk zijn om stikstofactiviteit te verkopen aan de industrie. Met het verkopen van de (gehele) stikstofactiviteit kan een bedrijf leeg komen te staan. Mocht een nieuwe ondernemer het bedrijf willen overnemen dan dient de nieuwe ondernemer weer stikstofrechten over te kopen van een ander stoppend bedrijf. Momenteel is er per provincie andere wetgeving over extern salderen.

 

Provincie aan zet
De provincie is het bevoegd gezag bij het verlenen van een natuurvergunning en bepaald het natuurbeleid voor hun gebied. De provincies moeten de recente uitspraak van de Raad van State dan ook vertalen in de lokale beleidsregels. Daarnaast moet er bepaald worden hoe om gegaan wordt met de lopende aanvragen. Op dit moment is daar nog niets over bekend. Recentelijk deed de provincie Noord-Brabant al uitspraak over een de vergunningsplicht bij intern salderen. Maar ook hier verschilt de regelgeving per provincie.

 

Wet natuurbescherming in Omgevingswet
In 2021 gaat de Wet natuurbescherming op in de Omgevingswet. De Omgevingswet biedt straks richtlijnen voor regels en maatregelen die de natuur beschermen.

 

Up to date blijven rondom wetgeving? Bekijk dan regelmatig onze website www.vansantvoort.nl/advies

Meer informatie?
Bel 0492-525552 of mail naar advies@vansantvoort.nl

1120 zonnepanelen manage Mennoruiters Burgum

Koninklijke Damstra Installatietechniek heeft verdeeld over 4 daken 1.220 zonnepanelen geplaatst op de rijhallen van Manege de Mennoruiters in Burgum. Hiermee wekt de manege zo’n 360.000 kilowattuur zonnestroom per jaar op. Dit staat gelijk aan het verbruik van circa 117 huishoudens. Dit is een besparing van ruim 212.700 kg Co2 per jaar. Zo draagt de rijvereniging bij aan het produceren van groene energie. De zonnepanelen zijn uitgerust met 6 STP 50-40 omvormers van SMA.

SMA omvormer
De installateur heeft een nieuw compact station van 630KVA samen met een hoofdverdeler mogen leveren en installeren.
Om het geheel niet te veel op het terrein te laten opvallen, is er een speciale kast op het terrein geplaatst. Hierin is ruimte gemaakt om 6 STP 50-40 omvormers van SMA te installeren.

Onderconstructie
Als onderconstructie is gekozen voor Van Der Valk Solar Systems. Deze montagesystemen zijn ontwikkeld met alle aandacht voor dak- en windbelasting en voldoen daarmee aan de hoogste veiligheidseisen en wereldwijd geldende normeringen.

Kabel management
Om een wirwar aan kabels te voorkomen is er gekozen om te bekabelen door middel van RoofSupport. Dit biedt de mogelijkheid om bekabeling achter PV panelen op de juiste manier te begeleiden en vervolgens in combinatie met de daksteunen naar de inverters te brengen. De zichtbare kabelgoten zijn voorzien van zetwerk in de ralkleuren van de gevel

Drone
Om de exacte maatvoering van de daken te berekenen, hebben wij het dak ingevlogen met een drone. Ook de windbelasting wordt in het berekeningen meegenomen.

 

 

Ook benieuwd naar de mogelijkheden voor zonnepanelen op uw pand? Neem dan contact op met Koninklijke Damstra Installatietechniek.