Totaal overzicht Corona maatregelen overheid

De overheid helpt de ondernemers die zwaar getroffen worden door de coronacrisis. Zo zijn er bestaande regelingen uitgebreid en nieuwe regelingen in het leven geroepen waar ondernemers gebruik van kunnen maken. Deze blog is bijgewerkt met de extra maatregelen die op dinsdagavond 17 maart door het kabinet zijn aangekondigd. Een overzicht van alle regelingen op een rij.

 

1. Noodfonds overbrugging werkgelegenheid (NOW)

De werktijdverkortingsregeling wordt ingetrokken en geheel vervangen door een nieuwe regeling: het Noodfonds overbrugging werkgelegenheid (NOW). De NOW staat los van de werktijdverkorting en de Werkloosheidswet. Via de NOW kun je als werkgever een aanvraag indienen voor een “substantiële tegemoetkoming in de loonkosten”. Het UWV verstrekt hiervoor zo snel mogelijk voorschotten.

Doel van de NOW is dat werkgevers hun personeel met vaste én flexibele contracten in dienst kunnen blijven houden én kunnen doorbetalen. En een belangrijk verschil ten opzichte van de ‘oude’ werktijdverkortingsregeling is dat óók oproepkrachten onder de NOW vallen. Ook uitzendbureaus kunnen voor uitzendkrachten een tegemoetkoming aanvragen. Bovendien heeft de NOW terugwerkende kracht. Omzetverlies vanaf 1 maart 2020 komt in aanmerking voor tegemoetkoming.

De tegemoetkoming in de loonkosten op basis van de NOW kan in ieder geval voor 3 maanden worden aangevraagd, met de mogelijkheid tot verlenging van nog eens 3 maanden. De concrete voorwaarden waaronder dit mogelijk is worden nog verder uitgewerkt. Heb je net de afgelopen dagen een aanvraag voor werktijdsverkorting ingediend? Geen paniek. Reeds aangevraagde werktijdsverkortingen worden automatisch, zonder dat verdere actie nodig is, behandeld onder de NOW. Het opnieuw indienen van een aanvraag is dus niet nodig.

Op dit moment (17 maart 2020) kun je nog geen NOW-aanvraag indienen, maar daar wordt nu met man en macht aan gewerkt. De aanvraag zal rechtstreeks via het UWV verlopen en dus niet meer eerst langs het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Wanneer kom je als werkgever in aanmerking voor de NOW regeling?

  • Als werkgever moet je je vooraf committeren aan de verplichting dat je géén ontslag op grond van bedrijfseconomische redenen aan zal vragen gedurende de periode waarover je de tegemoetkoming in de loonkosten ontvangt;
  • Je verwacht tenminste 20% verwacht omzetverlies;
  • De aanvraag geldt voor een periode van 3 maanden, die nog eens verlengd kan worden met nog eens 3 maanden;
  • De hoogte van de tegemoetkoming die je als werkgever ontvangt is afhankelijk van de terugval in de omzet en maximaal 90% van de loonsom;
  • Het UWV verstrekt een voorschot ter hoogte van 80% van de verwachte tegemoetkoming. Achteraf wordt vastgesteld wat de werkelijke daling in de omzet is geweest en vindt waar nodig een correctie plaats;
  • Voor aanvragen boven een nader te bepalen omvang van de tegemoetkoming is een accountantsverklaring vereist.

De regeling is nog zeer vers en zal de komende dagen verder concreet worden uitgewerkt. Een belangrijk verschil met de werktijdverkorting is dat de werktijdverkorting erop was gericht om bedrijven en personeel een vergoeding te geven voor niet gemaakte uren. Dat is anders bij de NOW. Als je als werkgever een tegemoetkoming in de loonkosten aanvraagt, betekent dat niet dat de werknemer niet of minder hoeft te werken.

Update 27 maart: Het kabinet streeft ernaar om in de week van 30 maart – 2 april meer bekend te maken over de contouren van de maatregel. Ook zal dan bekend worden wanneer de loketten open gaan.

2. Coulance ten aanzien van twee verplichtingen Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB)

Sinds 1 januari betalen werkgevers, als gevolg van de WAB, een lage WW-premie voor vaste contracten en een hoge WW-premie voor flexibele contracten. In die regeling is ook opgenomen dat werkgevers met terugwerkende kracht de hoge WW-premie moeten afdragen voor vaste werknemers die in een kalenderjaar meer dan 30% hebben overgewerkt. In de huidige coronacrisis leidt dit echter tot onbedoelde effecten in de sectoren waar door het coronavirus juist veel extra overwerk nodig is. Bijvoorbeeld in de zorg sector. Daarom is het kabinet bereid om hier coulance te verlenen en zal zij een aanpassing voorbereiden voor het kalenderjaar 2020 om deze onbedoelde effecten weg te nemen.

Daarnaast moesten werkgevers in het kader van de WAB uiterlijk vóór 1 april 2020 alle vaste contracten op correcte wijze op schrift stellen om in aanmerking te komen voor de lage WW-premie. Omdat het de komende weken niet voor alle werkgevers praktisch mogelijk zal zijn om aan die voorwaarde te voldoen, wordt deze periode verlengd tot 1 juli. Dus: uiterlijk 30 juni 2020 dienen alle vaste dienstverbanden schriftelijk vast te liggen via een arbeidscontract of addendum in de loonadministratie.

3. Noodloket

Er wordt een ‘noodloket’ geopend voor de ondernemers die direct zwaar getroffen zijn door de overheidsmaatregelen ter bestrijding van het coronavirus. Ondernemers die hun omzet geheel of grotendeels zien verdwijnen. Het gaat hier dan in het bijzonder om de eet- en drinkgelegenheden en andere ondernemers die het grootste deel van hun activiteiten noodgedwongen moeten staken zoals schoonheidssalons, de reisbranche en anderen die mogelijk in de problemen komen vanwege de 1,5 meter afstandseis.

De inkomsten van deze ondernemers lopen geheel of grotendeels terug, terwijl de vaste lasten gewoon doorlopen en veel uitgaven al zijn gedaan. Inkomsten die moeilijk kunnen worden ingehaald wanneer de coronacrisis achter de rug is. Ondernemers zijn vrij om te bepalen waar ze het geld aan uitgeven. Het bedrag kwalificeert als een eenmalige gift, met het oog op vaste lasten die betaald moeten blijven worden terwijl inkomsten teruglopen of stilvallen.

Er geldt wel één belangrijke eis: het moet om ondernemingen gaan die een fysieke inrichting buiten het eigen huis hebben. Ondernemers met een zaak in eigen huis zijn dus uitgesloten. De tegemoetkoming via het noodloket moet nog verder worden uitgewerkt. In ieder geval is het idee dat het om éénmalige tegemoetkoming gaat van €4000,- voor een periode van 3 maanden.

Grote bedrijven, die niet aan de MKB definitie voldoen, komen niet in aanmerking voor het Noodloket.

Update 27 maart: het Noodloket is inmiddels geopend voor de ondernemers die rechtstreeks getroffen worden door de maatregelen van het kabinet. Denk aan de restaurants, kappers, reisorganisaties, rijschoolhouders, fitnesscentra etc. Aanvragen kunnen vanaf vrijdag 27 maart 16:30 tot en met vrijdag 26 juni 2020 worden ingediend via www.rvo.nl/tegemoetkomingcorona.

4. Verruiming Borgstelling MKB-kredieten (BMKB-C)

Vanaf 16 maart zijn de regels voor de Borgstelling MKB-kredieten (BMKB-C) versoepeld. Met de maatregelen kunnen mkb-bedrijven onder gunstiger voorwaarden geld lenen bij de bank, bijvoorbeeld om rekeningen te kunnen betalen en betalingsachterstanden weg te werken. De overheid wil zo voorkomen dat bedrijven die worden geraakt door de gevolgen van het coronavirus in liquiditeitsproblemen komen. Met de maatregel staat de overheid voor een deel garant voor bedrijven die een lening willen afsluiten, maar aan de financier met name banken niet genoeg zekerheden kan bieden. Hierdoor kun je als ondernemer meer lenen dan je op basis van je onderpand zou krijgen. Binnen de huidige regeling staat de overheid borg voor 50% van het geleende bedrag dat je bank leent, maar dat percentage wordt naar 75% verhoogd.

De voorwaarden zijn als volgt:

  • De overheid staat borg voor 75% van het geleende bedrag. Oftewel: 75% van een overbruggingskrediet kan met BMKB-C worden gefinancierd.
  • De persoonlijke borg van de ondernemer is verlaagd van 25% naar 10%.
  • Het kredietdeel voor risico van de bank kan in de vorm van een nieuwe lening, een nieuw rekening courant krediet (rood staan) of een verhoging van een bestaand rekening courant krediet.
  • Het maximale krediet is vastgesteld op 1,5 miljoen euro.
  • De maximale looptijd van het BMKB-krediet is 8 kwartalen.
  • De manier van aflossen is de keuze van de bank. De opties zijn: 1) Lineair (elke keer hetzelfde bedrag + rente over het openstaande bedrag), eventueel met aflossingsvrije periode. 2) Ineens, aan het einde van de looptijd.
  • de toets op een tekort aan zekerheden is bij inzet BMKB-C niet aan de orde.

Let op: ook zzp’ers kunnen gebruik maken van de BMKB!

5. Uitstel betalen belasting & nadere maatregelen invorderingsrente, belastingrente en voorlopige aanslag

Om ervoor te zorgen dat ondernemers liquiditeitsproblemen het hoofd kunnen bieden, is er de mogelijkheid tot het verzoek om bijzonder uitstel van betaling in de inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, omzetbelasting en loonbelasting.De Belastingdienst zal uitstel van betaling verlenen als je als ondernemer schriftelijk motiveert dat je door de coronacrisis in de problemen bent gekomen. Zodra het verzoek om uitstel bij de Belastingdienst binnen is, zet de Belastingdienst de invordering stil. Individuele beoordeling van het verzoek vindt later plaats. De gebruikelijke vereisten voor het verlenen van uitstel blijven gelden. De behandeling van verzoeken om uitstel moet handmatig plaatsvinden, zodat behandeltijden kunnen oplopen indien veel verzoeken binnenkomen.

Het kabinet heeft ook verdere fiscale maatregelen getroffen om verdere ondersteuning te bieden aan de liquiditeit van ondernemers. Als een aanslag niet op tijd wordt betaald, moet normaal gesproken 4% invorderingsrente worden betaald vanaf het moment dat de betaaltermijn is verstreken. Deze wordt vanaf 23 maart 2020 tijdelijk verlaagd van 4% naar 0,01%. Deze tariefsverlaging zal gelden voor alle belastingschulden. Omdat het uitvoeringstechnisch niet mogelijk is het percentage naar 0% te verlagen, wordt het percentage (tijdelijk) vastgesteld op 0,01%.

Naast invorderingsrente worden ondernemers ook geregeld geconfronteerd met belastingrente. Belastingrente wordt gerekend als een aanslag te laat kan worden vastgesteld, bijvoorbeeld omdat de aangifte niet op tijd of niet voor het juiste bedrag wordt ingediend bij de Belastingdienst. Het tarief van de belastingrente is 8% voor de vennootschapsbelasting en 4% voor overige belastingen. Om ondernemers tegemoet te komen zal het kabinet het percentage van de belastingrente ook tijdelijk verlagen naar 0,01%. Daarbij geldt om uitvoeringstechnische redenen dat de tijdelijke verlaging van het percentage van de belastingrente ingaat vanaf 1 juni 2020. De enige uitzondering hierop vormt de tijdelijke verlaging van het percentage van de belastingrente in de inkomstenbelasting, die zal ingaan vanaf 1 juli 2020.

Tot slot betalen ondernemers nu belasting op basis van een voorlopige aanslag inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting. Ondernemers die een lagere winst verwachten door de coronacrisis kunnen een verzoek indienen voor een verlaging van de voorlopige aanslag. Deze verzoeken zullen door de Belastingdienst worden ingewilligd. Daardoor gaan ondernemers meteen minder belasting betalen. Het kan ook zo zijn dat het bedrag van de nieuwe voorlopige aanslag lager is dan de belasting die de ondernemer in de eerste maanden van dit jaar al heeft betaald. In dat geval krijgt de ondernemer het verschil uitbetaald.

6. Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo)

Er komt tijdelijke inkomensondersteuning voor zelfstandig ondernemers met een levensvatbaar bedrijf die tijdelijk in de knel zitten. Deze regeling geldt voor zzp’ers en mkb’ers en bedraagt maximaal 1500 euro netto per maand. De regeling is gebaseerd op de al bestaande Bbz (Besluit bijstandverlening zelfstandigen), maar wordt sneller behandeld en verstrekt. Deze voorziening heeft tijdelijk soepele voorwaarden vanwege de bijzondere situatie waarin Nederland verkeert: de inkomensondersteuning voor levensonderhoud hoeft bijvoorbeeld later niet terugbetaald te worden. Ook is er in deze tijdelijke bijstandsregeling geen sprake van een vermogens- of partnertoets. De voorziening vult het inkomen aan tot het sociaal minimum.

Met de regeling kunnen zzp’ers en mkb’ers ondersteuning aanvragen in de vorm van een aanvullende uitkering voor levensonderhoud en/of een lening voor bedrijfskapitaal. Net als de Bbz wordt deze regeling uitgevoerd door gemeenten.

Meer specifiek gelden de volgende eisen voor deze tijdelijke inkomensondersteuning:

  • het moet gaan om gevestigde zelfstandigen, vanaf 18 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd;
  • je moet woonachtig en rechtmatig verblijvend zijn in Nederland;
  • je moet Nederlander zijn of daarmee gelijkgesteld;
  • je moet je bedrijf of zelfstandig beroep in Nederland uitoefenen;
  • je moet voldoen aan wettelijke vereisten voor de uitoefening van het eigen bedrijf, waaronder ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel;
  • je moet vóór 1 januari 2020 gestart zijn met de onderneming en voldoen aan het urencriterium, d.w.z. minimaal 1.225 uur per jaar werkzaam in het eigen bedrijf of zelfstandig beroep;
  • je moet woonachtig zijn in de gemeente, waar aanvullende inkomensondersteuning wordt aangevraagd.

Op dit moment wordt in samenspraak met VNG en Divosa de regeling nog verder uitgewerkt, zodat de regeling op korte termijn kan worden ingevoerd.

Update 27 maart: Het kabinet heeft de Tijdelijke overbruggingsregeling voor zelfstandig ondernemers (Tozo) verder uitgewerkt. Ook zelfstandig ondernemers met personeel kunnen een beroep doen op de regeling, net als DGA’s van een besloten vennootschap.

7. Verruiming regeling Garantie Ondernemersfinanciering

MKB’ers en grote bedrijven die moeite hebben om bankleningen en –garanties te krijgen kunnen gebruikmaken van de Garantie Ondernemersfinanciering-regeling (GO). Het kabinet stelt voor het garantieplafond van de GO te verhogen van 400 miljoen naar 1,5 miljard euro. Met de GO geeft de overheid een 50% garantie op bankleningen en bankgaranties. Het maximum per onderneming ligt tijdelijk op 150 miljoen euro. Het kabinet ‘committeert zich om alle garantieruimte te verstrekken die nodig is’.

8. Rentekorting kleine ondernemers op microkredieten Qredits

Om de groep kleine en startende ondernemers tegemoet te komen stelt microkredietenverstrekker Qredits tijdelijk uitstel van aflossing aan voor ondernemers die door de coronacrisis in de problemen zijn gekomen. Het gaat bijvoorbeeld om kleine ondernemers in de horeca, detailhandel, persoonlijke verzorging, bouw en zakelijke dienstverlening. Het uitstel is voor 6 maanden, de rente gaat in die periode naar 2%. Het kabinet ondersteunt Qredits voor deze maatregel met maximaal 6 miljoen euro.

9. Borgstelling MKB-Landbouwkredieten (BL)

De land- en tuinbouwsector wordt ten gevolge van het coronavirus zowel nationaal als internationaal geconfronteerd met een afnemende vraag naar hun producten. Dit heeft tot gevolg dat de prijzen onder druk staan of (veelal bederfelijke) producten niet afgezet kunnen worden. De aard van de sector maakt dat niet zonder meer andere afzetkanalen of -markten gevonden kunnen worden of dat productie niet snel afgestemd kan worden op de vraag. Bovendien laat een teelt zich niet uitzetten en moet doorgewerkt worden om te kunnen oogsten, ook al is er geen afzet. Hierdoor kunnen land- en tuinbouwbedrijven in liquiditeitsproblemen komen. Door een tijdelijke gunstiger borgstelling voor werkkapitaal onder de regeling Borgstelling MKB-Landbouwkredieten (BL) worden de liquiditeitsproblemen van land- en tuinbouwbedrijven verlicht, zodat bedrijven met een gezond toekomstperspectief gefinancierd kunnen blijven. De aangepaste BL-regeling zal met ingang van 18 maart 2020 gelden en daarmee terugwerkende kracht krijgen bij publicatie.

10. Toeristenbelasting en cultuursector

Het kabinet gaat in overleg met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) over de mogelijkheid om (voorlopige) lokale aanslagen aan ondernemers stop te zetten en al opgelegde aanslagen aan bedrijven in te trekken. Het gaat in het bijzonder om de toeristenbelasting. Ook is het Rijk met de cultuursector in overleg om te kunnen aansluiten bij generieke maatregelen en eventuele verbijzondering indien dat nodig is.

Tot slot

Lees hier meer over de regelingen: